Het evangelie naar Lucas

Jezus was een profeet die de mensen overtuigde van het Koninkrijk Gods door het verrichten van wonderbaarlijke genezingen. Wat hij bedoelde met het Koninkrijk Gods wordt niet zo duidelijk.
Hij had aanhoudend kritiek op de Farizeeën, joodse godsdienstige leiders, meestal schriftgeleerden, die zich vooral op stipte onderhouding der wet beroemden.
Hij sprak vaak in gelijkenissen, die tot doel schenen te hebben niet voor iedereen begrijpelijk over te komen.

Lees verder

Is het populisme fascistisch?

Het fascisme is een politieke stroming of regeringsvorm die democratie afwijst. Tussen 1920 en 1940 was democratie in Europa nog jong en niet vanzelfsprekend. In Nederland werd het algemeen kiesrecht voor mannen pas ingevoerd in 1917, voor vrouwen in 1919. Er waren in Nederland diverse fascistische bewegingen. In Italië regeerde het fascisme van Mussolini van 1922 tot 1943. In Duitsland kwam in 1933 Hitler aan de macht. “[De Duitse bevolking] kende de democratie pas kort en associeerde haar met het verdrag van Versailles, met voordurende kabinetscrisissen, herstelbetalingen, sociale strijd, straatgevechten en politieke moorden. Men wilde een eind aan de chaos en dus een sterk gezag.” (Hagendoorn, 1982, p. 204). Bij fascisme denk je aan een marcherende massa, achter de leider aan. In ‘De geschiedenis van het fascisme in Nederland’ uit 1934 las ik dat het fascisme zich vooral richtte tegen de democratisering van de arbeiders. Zo was bijvoorbeeld van een van de talloze fascistische organisaties, het Verbond van Aktualisten, “het doel [in 1924]: bestendiging, en herstel van de kapitalistiese machtsverhoudingen, onteigening van de staat op ekonomies gebied; ekonomiese vrijheid voor de ondernemer; politieke diktatuur voor de arbeidersklasse.” (Herman van der Goes, 1934, p. 6.) Dat zette me aan het denken.

Lees verder

De schokgolf van 1969

Het was een cultuurschok binnen onze eigen cultuur, zo snel gingen de veranderingen aan het einde van de jaren ’60 en het begin van de jaren ’70. Stel je eens een wereld voor zonder televisie. De premier ken je niet, af en toe hoor je hem misschien ’s avonds op de radio en je kent zijn gezicht van een foto in de krant. Misschien heb je hem één keer gezien op een kort filmpje in het bioscoopjournaal.

Lees verder

De malaise in de wetenschap van de jaren ’90

In het begin van de jaren ’90 was de sfeer slecht in de wetenschap. Er heerste malaise. Er was veel bezuinigd op de universiteit, de nominale studieduur werd verkort tot vier jaar, hele studierichtingen waren opgeheven. Op de nog bestaande subfaculteiten was niet alleen op budgetten bezuinigd, maar ook op het personeel. Functies waren geherdefiniëerd, zodat medewerkers opnieuw moesten solliciteren. Eigenlijk solliciteerden ze naar hun eigen baan, maar slechts een gedeelte werd aangenomen.

Lees verder

Herinneringen aan Berlijn

In 1988 ben ik in Berlijn geweest. Ons hoofdverblijf was natuurlijk in West-Berlijn en er stond op één dag een uitstapje naar Oost-Berlijn op het programma. Je kwam in Berlijn via de Transitstrecke, een slecht onderhouden Autobahn dwars door de DDR, waar je niet vanaf mocht. Ik reisde per bus met een voornamelijk Duits reisgezelschap. Eerst gingen we door een zwaar bewaakte douanepost en toen reden we op de Transitstrecke. In de verte lagen dorpen waar we nooit zouden kunnen komen. Op meerdere plaatsen stond een politieautootje verdekt opgesteld om de weg in de gaten te houden. Ook werd de reistijd geregistreerd om te voorkomen dat mensen om zouden rijden. Het was daarbij wel de bedoeling dat je de Raststätte halverwege aandeed, daar werd in de reistijd rekening mee gehouden. In het winkeltje daar kon je met D-marken betalen om de Oost-Duitse economie te spekken. Alles in de DDR was slecht onderhouden, maar de Raststätte zag er piekfijn uit. Het werd als een visitekaartje van het land beschouwd. De Duitsers in ons gezelschap zeiden minachtend: “Ja, dan kan het ineens wel.”

Lees verder

Waarom ontwikkelde onze cultuur als enige een muziekschrift?

Iedere cultuur heeft muziek. De westerse cultuur is de enige die een muziekschrift voortgebracht heeft. Toen ik dat hoorde, vond ik onze cultuur op dat punt superieur. Maar andere mensen, die ik dit vertel, reageren meestal met: Dan is het kennelijk niet nodig.
Nu ben ik ‘Paarden, zwaarden en ziektekiemen’ van Jared Diamond (1997) aan het lezen; hij analyseert hoe de loop van de geschiedenis voor verschillende volkeren verschillend heeft uitgepakt en hij geeft daarvoor oorzaken aan die niet in de aard van die volkeren zitten, maar in de omstandigheden. Zo zou je ook kunnen onderzoeken hoe het komt dat wij een muziekschrift hebben en andere culturen niet. Welke factoren zijn daarvoor verantwoordelijk geweest?

Lees verder