Een algemeen punt dat ik wil maken over het coronabeleid gaat over de kwaliteit van de gegevens. “We moeten met 50% kennis voor 100% beslissingen nemen,” aldus Mark Rutte. “Varen in de mist,” noemde Maurice de Hond het. De gegevens zijn dus schaars.
Wat mij opvalt, is dat men geen enkele poging doet om aan betere gegevens te komen. Ik zou het logisch vinden, als je te weinig of de verkeerde gegevens hebt, dat je een stuurgroep instelt die gaat nadenken welke gegevens je zou willen hebben om beleid te voeren en stap 2, dat je dan gaat bedenken hoe je aan die gegevens zou kunnen komen. Voor zover ik weet, is er op dit punt geen enkel initiatief door het OMT of door het kabinet genomen. Men gaat uit van de aangeleverde gegevens en dat is het dan. Zo weten we nog steeds niet hoeveel Nederlanders er geïnfecteerd zijn. Dit kun je onderzoeken door een representatieve steekproef te nemen. De getallen die we wel kennen, zijn sterk vertekend door het aantal testen dat uitgevoerd wordt. Als je meer test, vind je meer besmettingen. Dat betekent dat we nu niet weten waar we staan, maar ook dat we de huidige situatie niet kunnen vergelijken met die in april. Verder doen zich allerlei kansen voor om onderzoek te doen, bijvoorbeeld in gemeenschappen die onevenredig hard zijn getroffen, of na massale bijeenkomsten zoals de voetbalsupporters van Willem II. Bij plotselinge stijgingen van het aantal coronagevallen, wordt niet onderzocht waar de oorzaak ligt, er wordt alleen maar naar geraden. Terwijl inzicht hierin van levensbelang is.
Pingback: Coronabeleid | Jan's Filosofie